Een strikvraag voor Jezus

Bijbel

Hier vind je een navertelling van de evangelielezing van deze zondag.
De andere lezingen uit het Oude en/of Nieuwe Testament worden vermeld.
De verwerkingen zijn gebaseerd op het Evangelie.

Navertelling Matteüs 22,15-21

De evangelielezing van vandaag is Matteüs 22,15-21. Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen.

Een strikvraag voor Jezus

Jezus woonde in Galilea. Dat land werd bezet door het Romeinse Rijk. Iedereen moest doen wat de keizer van de Romeinen wilde. Zo moesten de mensen een gedeelte van het geld dat ze met werken verdiende afgeven aan de keizer. Dat vond niemand leuk en de mensen mopperden erover. Ze verzonnen allerlei manieren om het geld niet te hoeven betalen. Maar als je niet het geld aan de keizer gaf, dan werd je in de gevangenis gezet!

De Farizeeën en de Herodianen (groepen Joodse wijze mannen) hadden een hekel aan Jezus en de manier waarop Hij over God sprak als zijn Vader. Ze probeerden steeds dingen te verzinnen om Jezus in de val te laten lopen. Daarom bedachten ze met elkaar een strikvraag, over het geld dat aan de keizer gegeven moest worden.
Ze zeiden tegen Jezus: “Meester, U vertelt altijd de waarheid en weet wat God van ons wil. Kunt U ons vertellen of wij geld aan de keizer moeten betalen of niet?”
Ze dachten dat Jezus zijn geld niet aan de keizer zou willen geven. Als Hij dat zou zeggen, zouden ze Hem in de gevangenis kunnen stoppen en dat was wat ze wilden.

Maar Jezus zei: “Jullie proberen Mij in de val te laten lopen! Laat Mij eens een geldmuntje zien!” Snel pakte één van de mannen een muntstuk. Jezus keek naar het muntje en zei: “Kijk, er staat een afbeelding van de keizer op. Het is zijn munt. Geef dus aan de keizer wat van de keizer is. Maar geef dan wel aan God wat God toekomt. Geef aan God de liefde en aan de keizer het geld.”

De Farizeeën en de Herodianen waren verbaasd over dit antwoord. Ze liepen snel weg en waren teleurgesteld omdat het niet gelukt was om Jezus in de val te laten lopen.

Dit is het Woord van God
Kinderen: Wij danken God