Volg ons op facebook
Eenentwintigste zondag door het jaar A
Een sleutel tot de hemel
Liedje: Witte zwanen, zwarte zwanen
Witte zwanen, zwarte zwanen!
Een liedje met dubbele bodem.
Witte zwanen, zwarte zwanen!
Wie gaat er mee naar engelland varen?
Engelland is gesloten.
De sleutel is gebroken.
Is er dan geen timmerman
die de sleutel maken kan?
Laat doorgaan,
laat doorgaan.
Wie achter is moet voorgaan!
Als u bovenstaand liedje niet helemaal hebt gelezen, omdat u dacht: “dat liedje ken ik wel”, dan is u waarschijnlijk ontgaan dat er een paar woorden net iets anders zijn dan u ze geleerd hebt. Dit oude kinderliedje werd in de loop der jaren niet helemaal meer begrepen, waardoor voor de hand liggende woorden de onbegrepen elementen gingen vervangen.
Het begint met Engelland. Engelland is niet het land waar Queen Elisabeth de scepter zwaait, het land aan de andere kant van de Noordzee, waar we op vakantie kunnen gaan.
Engelland is het land waar God koning is, de hemel, vol met engelen.
Natuurlijk is het de smid waar je naar toe gaat als je je huissleutel hebt gebroken. Maar wat nu, als je de sleutel van de hemel hebt gebroken, de sleutel die Petrus kreeg? Is het dan niet meer voor de hand liggend om naar de timmerman Jezus, zoon van Jozef te gaan en Hem te vragen je sleutel weer te maken?
En als we het liedje dan toch zo aan het zingen zijn, wat zijn dan die witte en die zwarte zwanen? Deze vogels, met hun enorme vleugels staan symbool voor de engelen die ons begeleiden op onze weg door het leven, door goed(wit) en kwaad(zwart).
Wie doorheeft hoe dit lied in elkaar steekt hoeft dan niet meer na te denken over de slotzin van het lied. Steeds opnieuw legde Jezus er de nadruk op dat de eerste de laatste zullen zijn, dat de kleinsten voorop mogen gaan.
Bij God in Engelland gelden andere normen dan in ons mensenland.