Volg ons op facebook
Dertiende zondag door het jaar B
Wees niet bang, maar blijf geloven!
zondag 30 juni 2024
Genezingsverhalen
Ziekte kan een mens onvrij maken. Jezus is gekomen om een mens weer in zijn of haar kracht te laten staan.
Genezing van de bloedvloeiende vrouw
Een vrouw die al twaalf jaar letterlijk en figuurlijk leef bloedt. Ze verliest niet alleen haar bloed, haar levenskracht, maar waarschijnlijk ook nog eens al haar geld aan geneesheren die haar niet kunnen helpen. Intuïtief weet de vrouw dat Jezus haar zal kunnen redden van haar ziekte. Als ze Hem maar zal kunnen aanraken zal ze genezen zijn. Maar dit moet in het verborgene: niemand mag weten dt zij, een onreine vrouw zomaar een man aanraakt. Met deze handeling zal ze Jezus ook onrein maken, zo zegt haar geloof haar. De vrouw geneest, maar ze kan niet lang in het verborgene blijven. Jezus heeft haar opgemerkt.
aan Hem durft ze de hele waarheid te vertellen. Wanneer ze ook dit durft, kan Jezus zeggen: "Vrouw, uw geloof heeft u genezen. Ga in vrede en wees van uw kwaal verlost." Het doodbloeden is gestopt, dankzij haar vertrouwen in Jezus heeft deze vrouw ook haar vertrouwen in zichzelf teruggevonden.
Kleding
Jezus wordt aan zijn kleren getrokken door de vrouw die al twaalf jaar bloedt.
De kleding in die tijd was voor mannen, vrouwen en kinderen min of meer hetzelfde.
Ze droegen een onderkleed of tuniek, een bovenkleed of mantel. Beide konden met een gordel worden gedragen. Hoofdbedekking was voor de vrouwen verplicht net zoals lange mouwen. Mannen konden kiezen om wel of niet hoofdbedekking te dragen.
De kleding was gemaakt van wol of linnen. In het (wet)boek Deuteronomium 22,11 staat dat wol en linnen niet in één kledingstuk verweven mogen zijn.
Het dochtertje van Jaïrus
Een genezingsverhaal van een twaalf jarig meisje. Het verhaal omvat het verhaal van de vrouw, die Jezus onderweg in de mensenmassa tegenkomt. Door dit intermezzo lijkt Jezus te laat te komen. Jaïrus, de vader van het meisje zoekt Jezus, omdat hij er op vertrouwt dat deze zijn dochter kan genezen. Hij vraagt Jezus zijn dochtertje de handen op te leggen en zo het kind te genezen. Jezus verrast iedereen door voor dit ten dode opgeschreven meisje ruim de tijd te nemen. Van Jaïrus wordt gevraagd dat hij blijft geloven dat zijn dochter op eigen benen kan staan. Jezus legt tenslotte niet de handen op maar pakt de hand van het meisje en zegt ‘Talita koem’ wat betekent: ’meisje, sta op!’
Handoplegging
Handoplegging is een symbolisch gebaar waar verschillende betekenissen aangegeven kunnen worden.
In het Oude Testament zien we vaak dat een hoger geplaatst persoon de handen oplegt aan een lager geplaatst persoon of dier. Er wordt een bepaalde macht en invloed overgedragen. Ook nakomelingen worden gezegend door handoplegging, bijvoorbeeld bij de handoplegging door Jacob bij Efraïm en Manasse (Genesis 48;8-22)
In het Nieuwe Testament wordt de handoplegging gezien wanneer mensen worden aangewezen voor een speciale taak. Bijvoorbeeld in Handelingen 13,2 waar door handoplegging Barnabas en Saulus de taak krijgen het Evangelie te gaan verspreiden.
Een magische betekenis krijgt de handoplegging in de verhalen waarbij genezing gevraagd of gegeven wordt.
Ook bij de doop heeft de handoplegging deze magische betekenis. Met de oplegging van de handen wordt de heilige Geest ontvangen.
Betekenis van de naam Jaïrus
De naam Jaïrus betekent: Hij is verlicht.
De Griekse versie van de Hebreeuwse naam is: Jaïr.
Jaïrus is de leider van de synagoge in Kafarnaüm.